Zomervakantie! Een fijne tijd om lekker vrij te werken in je schetsboek. Om jullie alvast te inspireren, gaan ik deze keer in gesprek met een illustrator en zeer gedreven schetsboektekenaar Sarah van Dongen.
Sarah’s volgeschilderde schetsboek pagina’s komen bijna dagelijks voorbij in onze Instagram feed. Ze vallen op door haar herkenbare eigen stijl, haar prachtige kleurgebruik en mooie composities. Daarbij geeft Sarah ook vaak een kijkje in haar werkproces. Dit maakt haar werk niet alleen fijn om naar te kijken maar ook heel inspirerend. We zijn heel blij dat Sarah ons in dit interview meer wil vertellen over haar werk en haar werkproces. Aan het einde van dit interview geeft ze ons nog een paar hele goede schetsboektips.
Hoe is je creatieve carrière begonnen?
Als kind was ik altijd al creatieve dingen aan het doen. Met een klein beetje hulp maakte ik poppen, poppenhuizen, meubeltjes en poppenkleren. Mijn moeder en oudere broer hebben de kunstacademie gedaan, maar op de een of andere manier dacht ik dat ik dat niet kon. Ik heb literatuurwetenschap gestudeerd, maar daarnaast heb ik altijd teken- en schildercursussen gevolgd. Toen ik de Master Children’s Book Illustration in Cambridge ontdekte, leek mij dat zo fantastisch dat ik me aanmeldde. Tegen mijn verwachtingen in, werd ik aangenomen.


Heb je altijd veel gewerkt in je schetsboek?
Toen ik klein was vond ik tekenen nutteloos, want zodra de tekening af is kun je er niks anders mee dan hem ophangen. Ik maakte altijd functionele dingen waar ik mee kon spelen. Maar als tiener werd het spelen steeds moeilijker en stopte ik met dingen maken. Ik vond dat een hele moeilijke tijd. Iets wat ik dagelijks deed, waar ik goed in was en waarin ik mij veilig voelde, was ineens verdwenen. Van mijn vader kreeg ik een mooi leeg boek met een zachte kaft met rozen erop en handgeschept papier. Hierin begon ik te tekenen. Dat is nu 13 jaar geleden en ik teken nog steeds het liefst in schetsboeken. Ik tekende vooral prenten uit mijn favoriete kinderboeken na, nostalgisch naar de tijd die net voorbij was.
Mijn schetsboeken zijn een soort dagboeken. Ze zijn een veilige plek waarin ik kan experimenteren. Ze houden mij ook een spiegel voor wat betreft productiviteit. Ik weet dat wanneer ik elke dag teken, het de volgende keer een beetje makkelijker wordt. En in mijn schetsboek zie ik wanneer ik voor het laatst heb getekend, want ik zet overal een datum bij.
Waar haal jij je inspiratie vandaan?
Ik teken vaak dingen die ik zie en tegenkom of herinneringen uit mijn jeugd. Hierdoor merk ik echter dat er van alles is wat ik niet teken en dus ook niet oefen. Daarom ben ik begonnen met het tekenen van verschillende beroepen. Elke woensdag post ik een nieuwe tekening op mijn Instagram en kondig ik het beroep van de volgende week aan. Iedereen kan (een keer) meedoen.
Alles kan dienen als inspiratie, maar ik merk wel dat ik mezelf een beetje moet dwingen nieuwe dingen te tekenen en op te blijven letten. Anders ga ik niet vooruit of worden mijn tekeningen teveel hetzelfde en gaat het vervelen.
Wat is je favoriete schetsboek en met welke tekenmaterialen werk je daarin het liefste?
Hahnemühle ‘Nostalgie’. Dit is een schetsboek met wat dikkere, gladde pagina’s (180 g/m2). Het papier is ideaal wanneer je verf en potlood gebruikt.
Royal Talens ‘Art Creations’, een heel goedkoop schetsboek in veel verschillende maten. Het papier is dunner, maar daardoor nodigt het veel meer uit tot vlug schetsen en experimenteren. Hierin ga ik trouwens ook volop los met waterverf. Het bobbelt dan wel een beetje, maar dat vind ik niet erg.
Ik gebruik Royal Talens Gouache voor de onderlaag, de grove vormen en kleuren. Daarna gebruik ik materialen die ik voor handen heb: kleurpotloden, krijtjes, Ecoline brush pens en Tomboy stiften (wateroplosbare stiften) en Posca markers (dekkende acrylstiften)
Neem je altijd een tas vol tekenmaterialen mee naar locatie of werk je een schets later verder uit?
Ik heb bijna altijd al mijn tekenmaterialen bij me. Ook als ik een stuk ga fietsen of als ik naar een feestje ga neem ik voor de zekerheid zoveel mogelijk mee. Als ik met een tekening begin maak ik hem of ter plekke af, of hij blijft onaf. Ik ben er niet zo goed in om later aan iets verder werken. Op locatie werken heeft voor- en nadelen. Sommige plekken zijn heel inspirerend en dan maak ik ineens iets wat ik anders nooit gemaakt zou kunnen hebben. Tijdsdruk zorgt er soms ook voor dat tekeningen beter worden. Maar andere keren werkt het niet. Het weer zit niet mee, ik voel mij heel ongemakkelijk, of kan mij niet concentreren. De kunst is dan om de moed niet te verliezen. Vaak maak ik dan foto’s om thuis na te tekenen, zoek ik een plaatje op mijn telefoon om na te tekenen of ik ga wat anders doen dan tekenen, zoals schrijven.
Werk je graag op locatie of liever van foto’s?
Foto’s natekenen is heel veel makkelijker dan op locatie werken of vanuit je fantasie. De fotograaf (of je dat zou zelf bent of niet) heeft al een compositie gekozen en het beeld staat stil. Als je van foto’s natekent kan de tekening daardoor wat stijf aanvoelen. Maar omdat het makkelijk is, ligt de drempel lager. Als ik het even niet weet, als ik moe ben of als ik gewoon moet weten hoe iets zit, teken ik na van foto’s. Maar ik probeer dan een tijdje naar de foto te kijken, hem dan weg te leggen en dan mijn herinnering van de foto te tekenen.


Waar ben je op dit moment mee bezig?
Ik ben net klaar met het illustreren van een gedichtenboekje over geboorte van Uitgeverij Loopvis. Deze ligt vanaf augustus in de winkel. En nu ben ik bezig met het illustreren van een kinderboek over volkstuintjes.
Wat is je toekomstdroom?
Dat mijn illustraties overal op staan, haha. Ik denk aan kleding, handdoeken, stationary, bekers, douchegordijnen etc. En dat je dat dan overal kan kopen. Maar het liefst maak ik kinderboeken, en dan over een beetje moeilijke onderwerpen zoals de dood, verdriet of psychische stoornissen.
Sarah’s schetsboektips
– Als je bang bent te beginnen op een lege pagina, maak eerst een kader met potlood waarbinnen je gaat tekenen. Of breng een lichte laag verf aan waarover je daarna gaat tekenen
– Gebruik in het begin niet te veel kleuren. Iets (na) tekenen met maar 2 of 3 kleuren is een hele goede oefening en ziet er vaak leuk uit. (Bijvoorbeeld blauw en oranje (complementaire kleuren) of juist kleuren die dicht bij elkaar liggen zoals oranje en geel)
– Tekening af? Stop een leeg papiertje ertussen zodat de tekening niet doordrukt naar de tegenoverliggende pagina. Als je boekje vol is kun je de losse velletjes er allemaal uithalen. (Als je alleen maar verf gebruikt hoeft dit niet)
– Als je buiten gaat werken zijn grote klippen handig om je schetsboek open te houden. Met een beetje wind waarin de pagina’s anders heen en weer/dicht.
De gum van Sarah van Dongen
Foto’s en illustraties: Sarah van Dongen
Portretfoto: Laura van der Have
Shop the story
Nog meer Sarah
Sarah’s favoriete illustratoren
Fiep Westendorp
Júlia Sardà
Beatrice Alemagne
Vessela Nikolova
En nog vele anderen
Dit artikel bevat affiliatie links.